Molenzorg
navigatie Ellikom (Oudsbergen), Limburg
Foto van Hoogmolen<br />Peerdermolen, Ellikom (Oudsbergen), Foto: Geert Vanhercke, Bredene, 10.04.2010 | Database Belgische molens © Foto: Geert Vanhercke, Bredene, 10.04.2010

Hoogmolen
Peerdermolen
Hoogmolenweg 15
3670 Ellikom (Oudsbergen)
op de Abeek
kadasterperceel B95a
51.127781, 5.520758 (Google Maps)
nv De Hoogmolen (Harry Beelen, Lommel)
Voor 1500 / 1904
Onderslag watermolen
Korenmolen
Destijds ook volmolen; gebouw dwars op de waterloop
Metalen onderslagrad
Nog aanwezig (twee steenkoppels)
Maalvaardig
M: monument, DSG: dorps- en stadsgezicht,
05.12.1995 / 13.07.2005 (wijziging)
Lian Beelen; Bas Beelen
Op aanvraag tijdens de openingsuren van de Brasserie: dagelijks vanaf 10 u. 30, tel. 011 66 60 47, GSM 0494 394 994, e-mail: hoogmolen@telenet.be
05155 (allemolens.nl)

Beschrijving / geschiedenis

De Hoogmolen is een korenwatermolen met onderslagrad aan de Hoogmolenweg nr. 15 op de Abeek.

Hij werd voor de eerste keer vermeld in 1500. In het Register Kerkenrenten Ellikom van 1639 en 1650 vinden we de benaming Peerdermolen.
De Hoogmolen was een zuiver heerlijke molen die de Heer van Peer toebehoorde, gelegen buiten Peer, voorbij Grote Brogel. De Heer van Peer had twee molens, de andere was gelegen op het gehucht van Molhem (de eigenlijke banmolen), ook Yetsmolen genaamd.
De Hoogmolen was niet altijd bruikbaar als graanmolen voor de Perenaars (zij moesten naar de banmolen van Molhem), maar wel voor de “laten” van het laatgoed Ellikom. Hoe de Heer van Peer ervan in het bezit kwam, weten wij niet. De Hoogmolen bezorgde de grondheer van Peer een inkomen van ongeveer 70 gulden per jaar, hetzij 1/10 van zijn onkosten.

Uit het Rekenregister van Peer (1500 - 1534) weten we dat er ook laken werd gevold. Vollen is vullen, d.w.z. de uitstekende vezels in het laken doen dringen. Dit gebeurde in volkuipen (zwierders) die door de molen in beweging werden gebracht. Met urine of ammoniak werd het geweven laken tot krimping en vastheid gebracht. Zo staat in een tekst van circa 1515 “gevolt bennen dees vijff weecken 39 lakens, ontvangen daervoor 4,17 gld.”. Sommigen beweren dat de Peerder lakenwevers verschillende verkoophuizen van laken hadden in Antwerpen.

In datzelfde Rekenregister van Peer is er sprake van “Heynen de molder.” In het Kerkmeesterregister van Ellikom 1655 “Petrus de molener, gegeven om naer Yerselt (Eersel?) te gaen in de meyerei”. Verder 1630 “Tot Maastricht gegeven aen die getuygen om te onthalden ‘t gene sij van de molder souden begeren: 1 vaem bier = 6 stuivers. Item noch goed gedaen aen Lenart Lusterborgh doer faut van molder 2 gulden”. Er waren soms betwistingen over de molsterschotel die de molenaar van elke halster koren of tarwe mocht afscheppen.

Zo lezen wij in een acte van J.A.J. Morren, notaris te Peer op 17 augustus 1779 een verklaring van Jan Achten, oud-schepen en oud-burgemeester van Peer met getuigen ten huize van Batholotaeus Fissé, aktuele burgemeester van Peer: “dat hij verscheyde maelen greynen te maelen heeft gedaan op de molen van Elecom en dat hij deselve voor het opladen heeft gewogen voor getuygen” en wederom thuys gekreghen, en dat dikwijls is gebeurd 1/10 of 1/9 en soms 1/8 quyt was als het meel terugkwam”. Op 27 oktober 1797 legt Jacob Gielen een gelijke verklaring af. Op 13 november 1729 verklaart Hubert Reuvers dat 24 molsterschotels “gevult ende gestreken” gelijk zijn aan 1 halster peerdermate, en wel te weten dat er in die tijd aan de molster “een machien” (strijklat) was gebonden om dezelve te strijken en dat hij zulks zag doen als de molder zijn molsterrecht nam. Niet voor niets segde men vroeger van iemand die op de laatste dag zijn pasen hield: die gaat met de molders, d.w.z. op het laatste nippertje en met zwaar beladen geweten. Molenaars hadden altijd de vetste varkens en dikwijls een slechte naam!

In ruil voor deze molster die de molenaar afschepte, moest hij zorgen voor “een pert met eender kerre ende dagelijx te varen om coren te halen en meel weder te brengen”. De ouderen zullen hier terugdenken aan de molenkar, getrokken door een stevig molenpaard met kloter of klongelbel en begeleid door de moldersknecht. Zurkelkoren (?), evie en boekweit werd met een kleinere maat gemeten. Elke stad of grotere gemeente had dikwijls een eigen maat en gewichtstelsel. Zo ook het stadje Peer, vandaar “peerdermate”.

Over de verpachting van de Hoogmolen lezen wij in het Rekenregister van Peer “Anno 1500 Sint-Jansdach: die molen van Eelecom is dit jaer uytgegeven met behoerlijcke proclamatie voor 70 Rynsgulden 13 stuyver” De molen van Molhem werd verpacht voor graan, die van Ellikom voor geld of voor graan in geld om te zetten. “1529, ontvangen van de molen van Elecom 24 mudden en de molder laten lossen elk mudde met 2gulden 6 stuivers = 55 gulden 4 stuivers”. In 1519 was dit: 46 hornsgulden. In 1501 doet de drossaard van Peer reparaties uitvoeren aan de molen: “een yseren bant en werck in die moelen, een nieuw rad metten assche ende het rutselen, nieuwe scheven (schuiven?) met kampraet: 11 gulden. Item gegeven voor reparaties gedaen in de moelen tot Elecom dat bij mijnheer van Paelhem ongemaeckt bleef, te weeten om die plaayen te leggen en die wanden voert te leymen: 4,4 gulden”.

In het Register der Kerkerenten van Ellikom vinden wij als pachter-molenaar nog vermeld 1650 “Paulus op den hoghen molen huert den kerckhof (voor hooiwas?) aan 31 stuivers”. In de gichten der Schepenbank van Meeuwen lezen wij nog op 27 juni 1749 dat Jacobus Vliegen, wachtmeester te Meeuwen vercautioneert aan Marten Ketelbuters, pachter der banale molen van Peer genaamd Elecom molen ten grootsten deele op Elecom gelegen, volgens pachtcédule van 5 januari 1741 en Leenhof Kuringen 3 juni 1749. Prins de Gavre als graaf van Peer is eigenaar van die molen. Jacobus Vliegen stelt zich dus als borg voor Marten Ketelbuters die in proces was met Hr. Hollanders van Peer. Verder nog 13 juni 1775: Anna Lievens, weduwe van wijlen Pieter Verhees is schuldig aan molder Bloemen op de Hoogmolen te Ellikom 61,4 gulden en geen liggend geld hebbende zal zij haar korenoogst ten meest biedende verkopen wat op 21 augustus 1775 gebeurt door Antoon Bloemen, metser van Ellikom.

In 1627 en volgende jaren moeten de erfgenamen van Jan ten Daelen (Doelen?) van Helchteren jaarlijks 8 halster rogge Diestermaat leveren op de “Peerermoelenbrug”. Dit was een jaarlijkse rente die zij aan de kerk van Ellikom verschuldigd waren. In geld was het 14 gulden.

Molenreparaties komen herhaaldelijk voor bijv. “tot die sluys van Elecom 4 gld. 18 st. 5 oorden. Tot een nue molensteyn 25,5 gld.” De drossaard van Peer was 4 dagen uit geweest om die steen te kopen. Te Ellikom eveneens aan de Hoog- of Peerdermolen, timmerde Jan van “Tsarcel” “eyn nouwen solder ende eyn scauwe, ende eyn camer daerop te sceren ende eyn peertstal: 16 hornsgulden”. Ook “eyn notelarenblatt daer men scyven afmaeckt int rutselen”. (Rutselen zijn platen of schijven aan het raderwerk). Verder is er sprake van watersnood en stormschade: nieuwe plaaien (= fundament, onderste stuk van de muur) en dekwalmen worden aangebracht. (Peer, Rekenregister 1500 - 1530). De molenaar kreeg korting voor “quade jaeren” (onvoldoende water of oogst). Vaak werden Zonhovenaren bijgehaald voor molenherstellingen. Molenstenen werden o.a. uit Duitsland betrokken (familieWouters, Valentijns te Koersel).

De molen staat aangeduid op de zgn. Ferrariskaart (1771-77) als een tweeledig geheel, met molenhuis ten noorden van de straat, molenaarswoning ertegenover, aan de andere zijde van de weg. Hij staat ook aangeduid in de Atlas der Buurtwegen (ca. 1846) met de benaming "Hoogmolen, Mouin" en op de topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850) als "M(oul)in à Eau".

In de eerste helft van de 19de eeuw kreeg de molen grosso modo zijn huidige vorm door de toevoeging van dienstgebouwen aan de oostzijde van het erf (Atlas van de Buurtwegen, 1845). De huidige gebouwen dateren van 1828 (smeedijzeren muurankers met het jaartal AO 1828 in de rechterzijgevel van het woonhuis), behalve het rechtergedeelte van het huidige, oostelijk dienstgebouw en de haakse uitbouw van het woonhuis: deze dateren uit het derde kwart van de 19de eeuw.  

Het molenhuis (annex stal-schuur) was oorspronkelijk een vakwerkgebouw: verscheidene resten van het ankerbalkgebint bleven behouden. Het werd in verschillende perioden versteend: de laatste fase in 1904. Thans bakstenen gebouw van één bouwlaag onder zadeldak (Vlaamse en mechanische pannen), met wolfseind rechts. In het molenhuis een rechthoekige deur in houten kozijn. Rechthoekige schuurpoort onder houten latei. Lage stalpoort onder houten latei. Metalen molenrad van het onderslagtype. Betonnen sluiswerk. Het molenwerk is nog aanwezig.

De bestendige deputatie van de provincie Limburg keurde op 13 oktober 1848 de vastgestelde pegelhoogte van 0,770 meter goed.

Eigenaars na 1840:
- voor 1844, eigenaar: Luyckx Servaas, molenaar te Ellikom
- 1845, erfenis: de weduwe en kinderen
- 1850, erfenis: de kinderen
- 1851, deling: Luyckx Willem, landbouwer te Ellikom
- 1882, erfenis: a) Luyckx Servaas en Philomena, eigenaars te Meeuwen, b) Wyers Jan, zonder beroep te Grote-Broel
- 1886, erfenis: a) Luyckx Servaas, de erfgenamen, b) Wyers Jan, zonder beroep te Grote-Brogel
- 1899, deling: Leyssen-Luyckx Pieter, gemeentesecretaris te Ellikom
- 1913, gift: Leyssen-Langens Willem, moelnaar te Ellikim
- 1959, erfenis: de weduwe en de kinderen
- 1965, erfenis: Leyssen Jan (zoon van Willem), landbouwer-molenaar te Ellikom
- 2014, eigenaar: nv De Hoogmolen (Harry Beelen, Lommel)

In de 19de eeuw was de molen eigendom van de molenaarsfamilie Luyckx. Servaas Luyckx, overleden in 1845, werd opgevolgd door zijn zoon Willem Luyckx (°Meeuwen 1808 - Ellikom 1895), die burgemeester werd van Ellikom. Bij deling in 1899 kwam de molen toe aan Pieter Jan Leyssen (°Grote Brogel 1841 - +Ellikom 1913) gemeentesecretaris van Ellikom en gehuwd met Philomena Luyckx (°Ellikom 1847), dochter van Willem Luyckx. In 1913 kwam de molen in handen van Willem Leyssen-Langens (+1959), die opgevolgd werd door zijn zoon Jan. Deze werd de laatste beroepsmolenaar.

In 1995 werd de molen beschermd als monument en samen met zijn omgeving als dorpsgezicht. Deze bescherming werd op 13.07.2005 gewijzigd (zie in bijlage). Het molenhuis werd gerenoveerd en ingericht als hotel en brasserie: "Hotel-Brasserie de Hoogmolen". Het molentechnisch werk werd uitgevoerd door Adriaens Molenbouw bv uit Weert. Ontwerper is het Architectenbureau Herman Adriaensens.

De molen draait zeer regelmatig op waterkracht. Molenaars zijn Bas en zus Lian Beelen. Via een glazen wand vanuit de schuur, waar de brasserie is gevestigd, kan men het werkend mechanisme zien - ook al zijn de steenkoppels hierbij niet ingeschakeld. Occasioneel worden er maaldemonstraties gegeven.

Henricus Beelen en zijn dochter Lian lieten aan de Hoogmolen op de Abeek in 2016 een kleine waterkrachtcentrale installeren. Daarmee kan elektriciteit opgewekt worden voor het molengebouw en 15 gezinnen. De kostprijs bedraagt 200.000 euro.
Het dossier waterkrachtcentrale werd in 2010 opgestart. Het idee om de kracht van het water te gebruiken om onze molensite van energie te voorzien, leefde al een tijdje. Na heel wat studiewerk zijn we er voor gegaan.
De centrale werd geplaatst door Ecowatt (zaakvoerder Bruno Buysse) in samenwerking met We Are Smart (met Rudi Vandrommen). De betonnen constructie voor de waterkrachtcentrale werd eerder al gebouwd. Nadat het hoge water van de voorbije week was weggetrokken, werd daar de eerste waterkrachtcentrale van dit type in Limburg gebouwd.
De turbine is acht meter lang en 2,4 ton zwaar. Met een grote hijskraan werd ze over de watermolen getild en in de betonnen bunkersleuf gemonteerd. “De turbine werd gebetonneerd en daarna binnen een kleine maand proefgedraaid. De installatie levert 50.000 tot 60.000 kilowatt per jaar. Ze is beveiligd met de modernste technieken en levert aan 15 gezinnen elektriciteit.

Lieven DENEWET

Aanvullende informatie

Intekendatum: 24.02.2006,  11 u.
Molen: Ellikom (Meeuwen- Gruitrode, Limb.), Hoogmolen - watermolen met metalen onderslagrad
Bouwheer: nv De Hoogmolen, Ellikom (Harrie Beelen, Ron Coppens, Lian Beelen)
Ontwerper: Arch. Herman Adriaensens v.o.f., Olen
Opdracht: Restauratie
Lot 1: restauratie molengebouw (ook lemen vakwerkconstructie); o/cat. D23, kl. 3; 310 werkdagen;
Lot 2: restauratie stalgebouw; o/cat. D24, kl. 3; 220 werkdagen;
Lot 3: aanvraag tot deelneming aan de beperkte aanbesteding voor de restauratie waterwerk en molendrijfwerk; o/cat. D23, kl. 2
Totale raming: 829.874 euro
Plaats aanbesteding: nv De Hoogmolen, Hoogmolen-straat 10, 3670 Ellikom
Toewijzing: Lot 1 & 2: Bouwbedrijf Metten nv, Zonhoven; lot 3: Adriaens Molenbouw bv, Weert (Ned.)

Dirk Van Mechelen
Vlaams Minister van financiën en begroting en ruimtelijke ordening.
Antwoord op vraag nr. 121 van 20 juni 2007 van Joris van Hauthem.
1. Sinds 1 juli 1997 werden 17 aanvragen voor (gedeeltelijke) wijziging of opheffing van bescherming ingediend, indien noodzakelijk ter advies voorgelegd aan de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen (KCML), en uiteindelijk positief beantwoord door de minister, bevoegd voor het onroerend erfgoed:
(13) Aanvraag door mijn administratie tot wijziging van de bescherming als monument van de Hoogmolensite de Ellikom (Meeuwen-Gruitrode). Het woonhuis van de molen, voorwerp van verschillende bouwovertredingen, is ingevolge een administratieve vergissing ten onrechte in de bescherming begrepen. De KCML stelde dat: "overwegende dat het beschermingsbesluit van 9 juni 2004 als gevolg van een administratieve fout ten onrechte de bescherming van het woonhuis omvat; overwegende dat het woonhuis dermate zwaar verbouwd is dat er bezwaarlijk nog van restauratie kan worden gesproken, aangezien het een volledige nieuwbouw betreft; overwegende dat het daarenboven niet gepast is de bescherming als monument van het woonhuis langer te behouden binnen het beschermingskader van het molencomplex vermits de beschermingswaarden niet langer aanwezig zijn, daar het woonhuis integraal vervangen is door een nieuwbouw, zoals vastgesteld in de processen-verbaal van 20 januari 1998 en 13 oktober 2000; verklaart de KCML zich, na uitvoerige bespreking en teneinde een sanctionering van de opeenvolgende bouwovertredingen mogelijk te maken, akkoord met een wijziging (gedeeltelijke declassering) van het beschermingsbesluit van 9 juni 2004". Gelet op deze argumenten, heb ik de bescherming van het woonhuis opgeheven, bij MB van 13 juli 2005.

L. Bussels, "De drie molens te Ellikom", in: Ellikommertjes, III, 1971-72, p. 143-149
J. Bosmans, "De watermolens op de Abeek in Meeuwen en Ellikom", in: "De Reengenoten", Heemkring Meeuwen-Gruitrode, jg. 2, 2011, nr. 39, p. 51-55.
H. Cuppens & W. Smet, "Limburgse watermolens. Molens op de Aabeek-Bosbeek & Itterbeek", St.-Niklaas, 1980
Lieven Denewet, "De watermolen van Ellikom: wisselwerking bescherming - verbouwing - restauratie", in: Molenecho's, XXXI, 2003, nr. 2, p. 74
Lieven Denewet, "Volmolens in Vlaanderen en Vlaams-Brabant. Geografische en chronologische inventaris", in: Molenecho's, jg. 1988 (themanummer)
Lieven Denewet, "Inventaris van de Limburgse watermolens met hun pegelhoogtes (1846-1849)", Molenecho's, 39, 2011, nr. 2
Herman Holemans & Werner Smet, "Limburgse watermolens. Kadastergegevens: 1844-1980", Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem, 1985, p. 23
J. Molemans, "Limburgse plaatsnamen, 4: Ellikom", in: Toponymica, XXII, 4, Leuven, 1975, p. 14
A. Remans, "Volmolens in Limburg", in: Limburg, L.XLVI, 1967 p. 187
A. Remans, "Bijdragen tot de geschiedenis van Peer", in: Limburg, L.XLIV p. 127-128
A. Remans, "Uit het verleden van het Loonse stadje Peer", Brussel, Gemeentekrediet, 1967. 96 blz.
Bert Van Doorslaer, "Met de stroom mee of tegen de wind in? Molens in Limburg", Borgloon/Rijkel, Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed, 1996, p. 42
F.B., "De Hoogmolen van Ellikom weer maalvaardig", in: Levende Molens, XXX, 2008, 7, p. 73-75.
G. Ledegen, "De Hoogmolen in Ellikom krijgt nieuwe eigenaar", in: Levende Molens, XIII, 1991, 7, p. 53.

Persberichten
"De Hoogmolen kiest voor toerisme", in: Het Belang van Limburg, 30.10.2006
"Hoogmolen krijgt studio's", in: Het Nieuwsblad, 9.11.2006
"Nieuwe toekomst voor Ellikomse molen", in: Het Belang van Limburg, 27.11.2006
KVH, "Molen", in: Het Nieuwsblad, 18.09.2007
KVH, "Molen", in: Het Nieuwsblad, 27.12.2007
KVH, "Hoogmolen", in: Het Nieuwsblad, 01.04.2008
Roger Dreesen, "Oude watermolen weer klaar om te malen", in: Het Belang van Limburg, 02.04.2008
KVH, "Studio's", in: Het Nieuwsblad, 04.04.2008
RDr, "Boekweitkoek in de watermolen", in: Het Belang van Limburg, 28.05.2008.
RDr., "Bed & Breakfast in gerestaureerde stalling", Het Belang van Limburg, 07.02.2009.
Roger Dreesen, "Meeuwense molens zetten deuren open", Het Belang van Limburg, 27.06.2010.
"BV's kiezen hun favoriete terrassen", Het Nieuwsblad, 26.06.2010.
R(oger) Dr(eesen), "Watermolens bezoeken via plankenpad", Het Belang van Limburg, 16.02.2016.
R(oger) Dr(eesen), "Waterkrachtcentrale op Abeek aan Ellikommerse Hoogmolen. Investerng van 200.000 euro levert stroom op voor 15 gezinnen". Het Belang van Limburg, 08.06.2016.

Overige foto's

transparant

Hoogmolen<br />Peerdermolen

Foto: Frans Van Bruaene, 08.02.2011

Hoogmolen<br />Peerdermolen

Foto: Frans Van Bruaene, 08.02.2011

Hoogmolen<br />Peerdermolen

Foto: Lieven Denewet, 30.08.2008

Hoogmolen<br />Peerdermolen

Foto: Lieven Denewet, 30.08.2008

Hoogmolen<br />Peerdermolen

Foto: Armand Carre, 1978 (col. Levende Molens - Molenzorg vzw)


Laatst bijgewerkt: zondag 13 december 2020
Stuur uw teksten over deze molen
Stuur uw foto's van deze molen
  

 

De inhoud van deze pagina's is niet printbaar.

zoek in databasezoek op provincieStuur een e-mail over molen Hoogmolen<br />Peerdermolen, Ellikom (Oudsbergen)homevorige paginaNaar Verdwenen Molens